De spieren die het gemakkelijkst ontregeld geraken rond de heup zijn de adductoren (binnenkant dij) en de hamstrings (achterkant). Een verhoogde spanning van deze spieren veroorzaakt een stijfheid van het heupgewricht. In deze beginfase van een heupstoornis treden pijnen op na het rechtkomen uit zit. Deze pijnen bevinden zich meestal rond het heupgewricht, maar zijn soms enkel gelokaliseerd in de lies, in het dijbeen of het zitvlak. Bij de eerste stappen mankt men en voelt men zich gebrekkig en oud. Na enkele stappen gaat het dan weer beter. Later wordt het ook moeilijk om in en uit de wagen te stappen.
Na verloop van tijd loopt men schade op rond de heup. Men krijgt ontstekingen; de pijn wordt constanter. Het kraakbeen van de heup begint af te slijten. Een versnelde artrose ontstaat: in de heup noemt men dit coxartrose. Het doembeeld van de heupprothese komt op.
Door de functie, de beweeglijkheid van de heup te normaliseren zal de chiropractor dit versnelde slijtageproces tegen gaan.